2. Vorm van het perfectum: verbum 1
In dit deel leer je hoe je een verbum in het perfectum vormt.
Je leert hoe je verbum 1 maakt.
Video
Kijk naar de video. Hoe vorm je een verbum in het perfectum?
Conclusie
Voor het perfectum heb je 2 verba nodig:
- verbum 1: hebben of zijn
- verbum 2: het participium
Verbum 1: hebben of zijn
Herhaal de vorm van hebben en zijn.
Maak oefening 2.1 : memory
Zoek een correcte combinatie! Combineer een subject met de correcte vorm van hebben.
Klik op START.
Maak oefening 2.2 : combineer een subject met de correcte vorm van zijn.
Klik op START.
Conclusie
Let op!
hebben gebruiken we veel meer dan zijn!
Op deze website oefenen we daarom alleen het perfectum met hebben. Het perfectum met zijn leer je later.
Gebruik voor het regelmatig perfectum dus altijd hebben.
Extra
Is het verbum 'hebben' nog moeilijk? Maak dan nog een extra oefening.
Oefening 2.3 : noteer de correcte vorm van hebben in de zin.
Klik op START.